2
4
1
5
3
previous arrow
next arrow

Bekkenfysiotherapie

Bekkenfysiotherapie is een erkende verbijzondering binnen de algemene fysiotherapie. Na de opleiding van fysiotherapie is een 3jarige Post-HBO opleiding tot bekkenfysiotherapeut gevolgd.

Wat is bekkenfysiotherapie?

Begin jaren ’80 ontstond er aandacht voor bekkenbodemproblemen, aanvankelijk gesignaleerd vanuit de zwangerschapsbegeleiding. In de daaropvolgende jaren nam de behandeling van bekkenbodemklachten een grote vlucht en al gauw werden niet alleen vrouwen, maar ook mannen en kinderen behandeld. Eerst richtte de behandeling zich vooral op urineverlies, daarna ook op problemen met het ophouden van de ontlasting en pijn bij gemeenschap.

Bekkenfysiotherapie richt zich op preventieve en curatieve zorg binnen het gehele buik-, bekken- en lage ruggebied bij vrouwen, mannen, kinderen en ouderen. Het bekken, de gewrichtsbanden, de bekkenbodem en de bekkenorganen beïnvloeden elkaar wederzijds. Een klacht in het bekken kan leiden tot een functiestoornis in de bekkenbodem en omgekeerd.

De bekkenbodem is een spierlaag onder in het bekken en heeft drie functies:

  • dragen van de buikorganen
  • openen en sluiten van de bekkenuitgangen
  • bijdragen aan de stabiliteit van het bekken

Tegenwoordig maakt de bekkenfysiotherapeutische begeleiding voor en na operaties aan blaas, baarmoeder of prostaat deel uit van de multidisciplinaire behandeling. De behandeling van bekkenpijn, al dan niet samenhangend met zwangerschap vormt een onderdeel van bekkenfysiotherapie.
De bekkenfysiotherapeut houdt zich bezig met preventie en met voorlichten, coachen, begeleiden en behandelen bij onderstaande klachten:

  • ongewild verlies van urine en/of ontlasting;
  • niet te onderdrukken aandrang om te plassen en/of te ontlasten, veel te vaak plassen;
  • moeizaam kwijt kunnen van ontlasting;
  • verzakkingen van blaas, baarmoeder of darmen;
  • pijnklachten in de onderbuik, rond de anus of de geslachtsdelen;
  • seksuele problematiek, gerelateerd aan functiestoornissen van de bekkenbodem;
  • voor en na operaties in de onderbuik (gynaecologische, urologische en colorectale operaties);
  • bekkenpijn en lage rugklachten in de periode rond zwangerschap en bevalling;
  • bij gezonde zwangere vrouwen is de begeleiding met name gericht op preventie van bekkenpijn en bekkenbodemdysfuncties;
  • bekkenpijn en lage rugklachten door andere oorzaken dan zwangerschap of bevalling.

Verwijzing

Patiënten die in aanmerking komen voor bekkenfysiotherapie worden verwezen door huisartsen, medisch specialisten (met name urologen, gynaecologen, gastro-enterologen, colorectaal chirurgen, proctologen, arts/seksuologen, kinderartsen, internisten), psychologen/seksuologen of op voorstel van verloskundigen of continentieverpleegkundigen.

DTF

Sinds 2006 kunt u ook rechtstreeks naar de bekkenfysiotherapeut via DTF (directe toegang fysiotherapie).

HET ONDERZOEK

Voor uw klachten op het gebied van de bekkenbodem bent u naar een bekkenfysiotherapeut verwezen of zelf gekomen via direkte toegang fysiotherapie. Voordat een juiste behandeling gestart kan worden moet de bekkenfysiotherapeut een fysiotherapeutische diagnose stellen. Aan de hand van de verwijzing van uw arts en de gestelde fysiotherapeutische diagnose wordt er een behandelplan opgesteld.

De fysiotherapeutische diagnose wordt gevormd door:

  1. de hulpvraag, de klacht en het verhaal van de patiënt: de anamnese
  2. een algemeen fysiotherapeutisch onderzoek en een onderzoek naar de functie van de bekkenbodem. Tijdens het onderzoek probeert de bekkenfysiotherapeut een indruk te krijgen over de functie van uw bekkenbodem. De bekkenbodem kan door verschillende redenen verzwakt zijn of juist met een verhoogde spanning reageren. Door de inwendige ligging is het moeilijk de spanning van buitenaf goed te beoordelen.

Er zijn verschillende onderzoeksmethoden.

Het uitwendig onderzoek
Met het ondergoed aan probeert de bekkenfysiotherapeute inzicht te krijgen in de spanning en reactie van de bekkenbodem. Zij beoordeelt de activiteit van de bekkenbodem door middel van kijken en/of uitwendig voelen bij verschillende opdrachten zoals aanspannen, ontspannen, hoesten en persen.

Het inwendig onderzoek
Bij dit onderzoek wordt de functie van de bekkenbodem vaginaal of anaal beoordeeld. Deze meting gebeurt door middel van inwendig onderzoek en/of met behulp van EMG apparatuur waarbij een sonde (klein meetinstrumentje) wordt ingebracht. Er kan zo direct de basisspanning en de spanning van de bekkenbodemspieren worden beoordeeld en/of gemeten tijdens de al eerder genoemde opdrachten.
Een inwendig onderzoek wordt met extra zorg omringd. Dit onderzoek vindt alleen plaats als u hier mee akkoord gaat. De bekkenfysiotherapeut werkt  volgens de Richtlijn hygiënisch werken in het bekkenbodem gebied van de NVFB.
Na het stellen van de fysiotherapeutische diagnose zult u allereerst uitleg krijgen over de verschillende behandelmogelijkheden. De voorgestelde behandelvorm is afhankelijk van de resultaten van het onderzoek en zal een of meerdere van de hieronder beschreven onderdelen bevatten. Doel van elke behandelvorm is steeds het leren beheersen van coördinatie, aanspannen en/of ontspannen van de bekkenbodemspieren.

DE VERSCHILLENDE BEHANDELVORMEN

Uitleg
U krijgt uitleg over de functie van de bekkenbodem in relatie tot uw klacht. Ook worden tips en adviezen gegeven onder andere met betrekking tot toiletgewoonten.

Oefentherapie
Oefentherapie neemt een belangrijke plaats in binnen de bekkenfysiotherapie. Er wordt een persoonlijk oefenprogramma opgesteld waarbij de bekkenfysiotherapeut uitwendig beoordeelt hoe u de oefeningen uitvoert.

Oefentherapie met inwendige controle
Ook kan het zinvol zijn om exact te voelen wat er tijdens de oefening gebeurt, bijvoorbeeld bij twijfel over het op de juiste manier aanspannen of ontspannen van de bekkenbodem of precies aangeven wáár er aangespannen moet worden. De bekkenfysiotherapeut kan door inwendige controle de oefening beoordelen en/of ondersteunen.

Oefenen met behulp van EMG apparatuur
De reactie van de bekkenbodem tijdens het oefenen (of testen) wordt zichtbaar gemaakt op een scherm, zodat de oefening direct bijgestuurd kan worden. Hiertoe wordt voorafgaand aan het oefenen ( of testen) een sonde (klein meetinstrumentje) vaginaal of anaal door de therapeut of patiënt ingebracht. Dit is niet pijnlijk.
Elektrotherapie
Bij deze vorm van therapie wordt met behulp van een apparaat via een sonde in de vagina of anus een bepaalde stroomtrilling gegeven die de bekkenbodemspieren laat aanspannen en/of de blaas tot rust kan brengen. Soms kan deze elektrotherapie ook uitwendig plaatsvinden.

Ballontraining
Vaginaal bij penetratie klachten. Bij de ingang van de schede kan een lege speciale vaginale ballon ingebracht worden om de vulling langzaam aan op te bouwen en de bekkenbodemspieren te ontspannen bij klachten van gemeenschap. Anaal: Hierbij wordt een langgerekt ballonnetje via de anus in het rectum (endeldarm, laatste gedeelte van de dikke darm) gebracht. Via een slangetje, gekoppeld aan een injectiespuit, kan dit ballonnetje gevuld worden met lucht. Zo wordt het aandranggevoel voor ontlasting gemeten en getraind.

Massage

Mogelijkheden van massage van buik of bekkenbodem kunnen gebruikt worden. Bijvoorbeeld bij verklevingen van littekens, of specifieke pijnpunten.

Echografie

Met geluidsgolven kan de werking van de bekkenbodemspieren op de blaashals zichtbaar worden. Ook kan gecontroleerd worden of de blaas voldoende leeg plast. Tevens kan de vulling van de endeldarm in beeld gebracht worden.

Flowmetrie

Door te plassen op een speciale toiletstoel in het toilet wordt de plasstraal gemeten.
Voor meer informatie kunt u terecht bij de Nederlandse Vereniging voor Fysiotherapie bij Bekkenproblematiek www.NVFB.nl

Zoek naar praktijken in dit netwerk